Vacuole

Ze hebben hun naam te danken aan het feit dat wetenschappers dachten dat het lege holten waren in het cytoplasma, ze komen wel maar weinig voor in dierencellen, maar zijn zeer belangrijk voor plantencellen.
In een jonge cel zijn er vele kleinen vacuolen die, wanneer de cel ouder wordt, samen komen tot één centrale vacuole en die dan soms wel tot 80% van het volume kan innemen.
 

Bouw

Als afgesnoerde blaasjes uit het ER en het Golgi-apparaat samenkomen, ze hebben dus ook een eenheidsmembraan, hier noemen we het een tonoplast. De tonoplast bestaat uit een vloeistof, namelijk water, gevuld met suikers, ionen en pigmenten.
 

Functie

De vacuole:
  • Zorgt voor de opslag van water, suikers en zouten.
  • Is een verzamel plaats van afval.
  • Geeft stevigheid aan de cel, door middel van turgor(= de druk tegen de celwand, die ontstaat doordat de vacuole goed gevuld is met water.
Eéncellige organismen hebben vaak contractiele vacuoles die een te veel aan opgenomen water de cel uitpompen. Dit zijn kloppende vacuoles.
 
In voedselvacuoles komen voedingsstoffen voor die in de cel zijn opgenomen. Door versmelting met een lysosoom kunnen die daarna worden afgebroken.